Herfst. Als je één stap naar buiten zet, slaat de koude regen in je gezicht. Hondenweer. Nou niet bepaald het meest charmante weertype voor een wandeling met je hond. Ons rondje wordt dan ook steeds korter. Niet alleen omdat ík het koud vind, maar ook omdat Liesl al na haar eerste plasje pas op de plaats maakt en me smekend aankijkt. Als ik haar vraag wat er is, draait ze zich om en snelt naar huis, naar de warmte. Dankbaar loop ik achter haar aan.
Toch zijn er gelukkig ook mooie herfstdagen. Van die dagen waarop het dan wel fris is, maar waarop ook de zon schijnt. En dan is niets fijner dan met je hond naar het bos te gaan. Tijdens zo’n boswandeling loopt ze meestal los. Met haar neus in de lucht rent ze voor me uit. Niet in galop, maar in een supersnelle draf. Haar staart danst in het rond en als ze iets interessants ruikt – stopt ze pardoes. Ze snuffelt driftig tussen de bladeren, takken en paddenstoelen, alsof ze geen enkele bosgeur wil missen. Hierna kijkt ze even om, of ik nog wel kom, en dan draaft ze verder vooruit. Op zoek naar nog meer nieuwe geuren.
Tijdens haar snelle draf, hapt ze soms naar een vallend blaadje. Of ze pakt in het voorbijgaan een grote tak mee. Als die tak naar haar mening te veel zijtakjes heeft, is het alsof haar oerinstinct naar boven komt. Ze gaat er met haar voorpoten op staan en trekt er zoveel mogelijk takjes af. Pas als de tak kaal genoeg is, is ze tevreden. Ze neemt hem in haar bek, herpakt hem een paar keer zodat hij in evenwicht is en tippelt dan tevreden vooruit – helemaal tot aan de auto. Liesl geniet en mijn hart smelt. Eigenlijk is het tijdens zo’n mooie herfstdag pas écht hondenweer.
In de dierenwinkel liggen altijd wel geinige hondenspeeltjes. En omdat eigenlijk niets leuker is dan je hond te verrassen, heeft ook Liesl al allerlei speelgoed gekregen. Zoals een balletje, knots, boemerang en een hond. Vooral die hond vonden we zelf erg geinig. Een soort beigekleurige teckel van rubber. Met een grote kop en een leuk staartje. We noemden hem Boris. Als je in z’n buik kneep, klonk er een grappig geluid.
Liesl vond Boris helemaal niks. Al vanaf het begin liet ze hem letterlijk links liggen. Je kon haar er wel mee in een enthousiaste bui krijgen, maar daarna lag hij al snel weer in een vergeten hoekje. Omdat Boris een handig formaat heeft, diende hij na z’n aankoop dus vooral als deurstop. Nee, Boris was geen succes. Waar je Liesl wél blij mee maakt? Een tennisbal, oude pantoffel of een knuffel. Dán pas kan haar geluk niet op.
De tennisbal is eigenlijk altijd goed. Er slingeren er meerdere in de tuin. Als er ook maar één een beetje stuk is, dan trekt ze net zo lang aan het groene vilt tot een kale rubberen bal overblijft. En hetzelfde doet ze met een pantoffel. Ze trekt net zo lang tot de dunne zool tevoorschijn komt.
Maar Liesl is het állergelukkigst met een knuffel. Die neemt ze mee als prooi en klemt ze in de houdgreep tussen haar voorpoten. Met haar voortanden trekt ze net zolang tot de stof het begeeft. Hoe harder het scheurende geluid, hoe harder Liesl trekt. En als ze eindelijk bij de pluizige vulling is aangekomen, trekt ze deze er genadeloos uit. Ze hapt en spuugt, tot de hele vloer bezaaid ligt met witte pluizen.
Pas als de knuffel in de verste verte niet meer lijkt op een knuffel, is Liesl voldaan en rust ze tevreden uit tussen de ravage. Of het nu dat quasi leuke piepje is? De geur van nieuw of het superstevige materiaal? Echt hondenspeelgoed – daar heeft Liesl het gewoon niet op. Een sloper als zij maak je pas écht blij met iets dat helemaal is te verscheuren.
Water. Liesl is er dol op. Niet als het uit de lucht komt vallen in de vorm van regen, maar wel als ze erin kan zwemmen. In bijna elk watertje heeft ze al gezwommen. In vijvers en rivieren. In meren en zeeën. En ja – zelfs in sloten. Als jonge hond dook ze er graag in, samen met haar labradorvriendje. Hun glanzende, goudkleurige vacht was chocoladebruin van de modder, toen ze er weer uit kwamen.
Het maakt Liesl niet uit welk watertje, of welke temperatuur het is. Zonder aarzeling stormt ze erin als ik een bal of stok weggooi. Ze zwemt er doelgericht heen, maakt een soort sprongetje om de bal of stok te pakken, draait een keurig bochtje en zwemt naar me toe. Als ze uit het water komt, schudt Liesl zich niet meteen. Dat heeft ze op cursus geleerd. Dus met een druipende vacht stapt ze naar me toe en gaat ze keurig voor me zitten. Ik pak het voorwerp uit haar bek, klop haar goedkeurend op haar natte haren en daarmee is voor Liesl de ‘oefening’ voorbij. Ze gaat staan, ik draai me razendsnel om. Met kracht schudt Liesl in één keer al het water uit haar vacht.
Na zo’n zwemsessie volgt vaak een douchesessie. Zeker als ze in een vijvertje met stilstaand water heeft gezwommen. Met het koude water uit de tuinslang spoel ik haar schoon. Dát water vindt ze weer niet zo fijn: tijdens het afspoelen op het gras doet ze telkens een stapje naar voren. Als ze kans ziet om te ‘ontsnappen’, schudt ze zich en rolt ze door het gras voor een aards geurtje.
Je zou denken dat onze hond zich dus wel twee keer bedenkt, voordat ze in een vijver springt. Maar nee. En zeker niet op een warme zomerdag… Als ik haar heb loslopen op een veldje met even verderop een vijvertje, zie ik Liesl lichtvoetig in die richting rennen. Aan haar houding weet ik al wat ze wil. En inderdaad. Als ze in de buurt van het water komt, gaat ze stilstaan. Kijkt achterom, met een blik van: ‘je ziet wat ik wil?’. Ik kijk glimlachend terug en zeg niets. Liesl neemt een besluit. Ze stapt het koele water in. Snuffelt. Doet nog een paar stappen, totdat ze geen bodem meer onder haar pootjes heeft. Ontspannen en genietend zwemt ze rond: ze heeft de tijd van haar leven.
“Heleen heeft een mooie schrijfstijl die precies aansluit op de wensen van de klant en de lezer. Ze denkt mee en levert goede input aan. Het allerfijnste vinden we dat we dit als bedrijf volledig kunnen uitbesteden aan Heleen zonder er zelf controle op na te houden. Perfect.”
Barbora Brozova
21-01-2017